Het verhaal van Rinse

Vogelen zit in mijn bloed

"Er gaat sinds de jaren 80 geen enkele dag voorbij dat ik niet met vogels bezig ben."

Ik ben Rinse van der Vliet, vrijwilliger bij Stichting Vogelringstation Meijendel. Naast mijn reguliere baan voor UWV steek ik veel vrije tijd in vogelen: van vogels waarnemen tot monitoren en ringen.

Als zesjarige werd ik aan de hand van mijn vader en oom meegenomen naar buiten. Al snel volgde de eerste verrekijker en vogelboekjes. De eerste tien jaren bestonden vooral uit veel kijken, luisteren, lezen en leren, daarna volgde ook medewerking aan diverse projecten in binnen- en buitenland.

Portret van Rinse

Altijd met vogels bezig

Er gaat sinds de jaren 80 geen enkele dag voorbij dat ik niet met vogels bezig ben. Je kunt mij fanatiek noemen, ik steek er al mijn tijd in. Het leukste vind ik de spanning van het vooraf niet weten welke vogels je gaat zien. Je hoopt natuurlijk altijd op iets bijzonders, iets anders dan anders. Een ander voordeel is dat ik niet naar de sportschool hoef, ik ben de hele dag in de buitenlucht in de weer. Wat veel mensen zich niet realiseren is dat er best veel komt kijken bij het vogelen, het is een vak apart. Van artikelen schrijven tot van alles regelen als penningmeester van de Stichting. Zo gaat het het hele jaar door. Gelukkig woon ik heel dichtbij de beste telpost in de duinen, bij de Savornin Lohmanlaan in Den Haag. Daar kan ik op de fiets naartoe en heb ik alle vogels binnen handbereik.

Van vogels tellen tot ringen

Ik houd me bezig met vogeltellingen en het ringen van vogels door heel Nederland, waaronder hier, bij het ringstation in Meijendel. Het ringen van vogels voor wetenschappelijk onderzoek doen we in Nederland al sinds 1911. Het is destijds begonnen als onderzoek om inzicht te krijgen in de verplaatsingen en overleving van vogels. Tegenwoordig wordt er met de verkregen gegevens veel meer gedaan, zoals broedvogelonderzoek, determinatiewerk, bemonstering ten behoeve van onderzoek naar ziekteverwekkers en DNA-onderzoek. Alles komt in een landelijke database: griel.nl.

Het oudste vogelringstation van Nederland

In Meijendel staat het oudste vogelringstation van Nederland, opgericht in 1927. We werken hier het gehele jaar met negen vergunninghouders en negen assistenten, ik kom hier zo’n 40 dagen per jaar. Jaarlijks publiceren we een jaarverslag over ons werk in Meijendel.

Je kunt je het nu nauwelijks meer voorstellen dat het gebeurde, maar vroeger werden de vinken in dit gebied gevangen voor de maaltijd. Dit gebeurde op zogenoemde vinkenbanen. Gelukkig is er ergens begin 1900 een einde gekomen aan dit dierenleed en is het doden van beschermde vogels voor consumptie verboden.

Het ringen van vogels is in Nederland, net als in andere landen, alleen mogelijk met een individuele vergunning van het Vogeltrekstation. In Nederland hebben zo’n 550 mensen een ringvergunning, meestal enthousiaste en kundige vogelaars. Zo’n vergunning krijg je natuurlijk niet zomaar. Daar gaat een opleiding aan vooraf, die wordt gegeven aan ervaren collega’s. En je moet ook officieel examen doen. Daarna heb je ontheffing om binnen afgebakende projecten vogels te vangen en te ringen ten behoeve van de wetenschap.

Rinse lopend in de duinen

Schat aan gegevens

Voor Dunea is het broedvogelonderzoek ‘Constant Effort Sites’ (CES) van groot belang. Hiermee kunnen we iets zeggen over hoe het met de vogels in het gebied gaat en of er iets mis is dat onderzocht moet worden. Bijvoorbeeld als het gemiddelde aantal jongen van een bepaalde soort per volwassen broedpaar afneemt. Als je lang genoeg data verzamelt, kun je een goed beeld krijgen van de overleving van vogels. In Nederland gebeurt dit al bijna 30 jaar op ruim 40 locaties.  

De data wordt verzameld door het tellen, meten, wegen en ringen van de vogels. Daarnaast controleren we hun conditie aan de hand van opgebouwd vet. Ook het ringen levert belangrijke informatie op. Als we bijvoorbeeld vogels tegenkomen die we eerder zelf hebben geringd, kunnen we zien of vogels terugkeren naar hun broedplek. We ringen de vogels door ze na het broedseizoen met o.a. geluiden en voer te lokken naar onze mistnetten (verticaal tussen de begroeiing) en slagnetten (horizontaal op de grond). Om te voorkomen dat ze verstrikt raken in de netten, hebben we hier zakjes/bedjes onder geplaatst waar ze in terechtkomen. Dan worden ze geringd, waarna we ze direct weer vrijlaten. Dankzij de data die we verkrijgen uit het tellen en ringen is er bij ons veel bekend over de vogelstand in het gebied.

Klein schakeltje in het beheer

Wij zijn maar een klein schakeltje in het duinbeheer. Als natuurliefhebber zie ik dat Dunea natuur heel hoog heeft staan, daar ben ik blij mee. Zo wil Dunea bijvoorbeeld weten hoe het met de nachtegalen in haar duingebieden gaat; het tellen van deze vogels is dus heel belangrijk. Als wij zien dat er minder jongen zijn, dan is er bijvoorbeeld iets aan de hand. Het is een handvat van een indicatie hoe het met de duinen gaat. Ook praktische zaken worden aangepakt. Zo is het ringstation aan vervanging toe en wordt nu het plan van aanpak besproken. 

Het mooie van dit werk is de spanning en ontspanning tegelijkertijd - vangen we vandaag een zeldzame vogel of wijkt er iets anders af van de standaard? Je kunt zo veel verschillende dingen zien aan de vogels die je tegenkomt. Al je zintuigen staan op scherp, je leert ontzettend veel en je bent vooral ook buiten in de natuur. Er komt hier heel veel samen.

Over Dunea’s duingebieden

Onze duingebieden Berkheide, Solleveld en Meijendel zijn een belangrijke plek voor een grote verscheidenheid aan bloemen, planten, dieren en mensen. Deze gebieden maken deel uit van Nationaal Park Hollandse Duinen. Dunea beheert deze prachtige, kwetsbare, veerkrachtige natuur en beschermt de drinkwaterwinning. Dat doen we al bijna 150 jaar en dat doen we niet alleen. Samen met vrijwilligers en (natuur)organisaties beschermen we onze gebieden met veel passie en plezier. 

Lees meer duinverhalen