Kerkuilenseizoen zit er weer op

De 5 kerkuilkuikens zijn uitgevlogen en de beelden gaan op zwart. Duinwachter Bart en Natuurvoorlichter Niek blikken nog één keer terug op de afgelopen periode.

Zo aan het einde van de zomervakantie zit de grootste taak van pa en pa kerkuil erop. Al het harde werken, de korte nachten, de continu om voedsel bedelende jongen en de honderden aangevoerde muizen, hebben geholpen alle vijf de kuikens groot gekregen. Een score van 100%, wat voor een kerkuilenfamilie echt een groot succes is. Je zou hopen dat er voor vader en moeder dan nu een rustige tijd samen me hun bijna volwassen kinderen aanbreekt, maar bij kerkuilen loopt dat nu eenmaal iets anders.

Het geduld raakte op

De afgelopen tijd zagen we de jonge kerkuilen heel veel vliegoefeningen doen. Daarna, toen de spieren in hun vleugels sterk genoeg waren, hebben we zien vliegen, van korte vluchtjes naar steeds iets langere. Hele muizen werden opgeschrokt en één keer zagen we zelfs een gevangen rat op de plank voorbijkomen.

Omdat de jonge kerkuilen nog niet meteen de allerbeste jagers waren, werden ze nog weleens bijgevoerd door pa en ma. Dat bijvoeren werd steeds minder en het geduld van de ouders richting kinderen raakte steeds verder op. Gelukkig is dat bij kerkuilen helemaal niet erg en zorgt het chagrijnige gedrag van vader en moeder ervoor dat de jonge kerkuilen steeds zelfstandiger moeten worden.

Op zoek naar een eigen stek

En toen was het zover: de jongen verlieten het ouderlijk nest. Uiteindelijk dan toch echt weggejaagd door hun ouders, op zoek naar een eigen plek. Misschien zelfs om een leuke kerkuil te ontmoeten en een eigen paartje te vormen en een kast te bezetten. Die overgang naar zelfstandig zijn is een spannende tijd voor de jonge kerkuilen. Het is ook een tijd waar vaak veel jongen sneuvelen, omdat ze nog niet altijd zijn voorbereid op verkeer, andere roofdieren en het continu voor zichzelf zorgen.

We hopen natuurlijk dat onze vijf kuikens het allemaal gaan redden en ergens in de buurt een mooie eigen plek gaan vinden. Ook de ringen, die ze als donskuiken hebben gekregen, worden nu extra interessant. Hoever zullen ze vliegen? Waar duiken ze op? We hopen dat we op die manier nog een keer iets van onze kerkuilkuikens zullen terug horen, want een kaartje gaan ze vast niet sturen.

Zomerrust

Voor pa en ma is het dan echt even rustig, al weet je dat bij kerkuilen maar nooit. Als er voldoende voedsel is, beginnen ze soms zo maar aan een tweede broedsel, en er zijn zelfs gevallen bekend van drie broedsels in een jaar. Voor nu gunnen we ze vooral om even bij te komen en gaat de camera op zwart.

Zo komt er een einde aan dit kerkuilenseizoen. Het is toch altijd weer heel bijzonder om zo mee te mogen kijken, en te zien hoe snel het uiteindelijk toch allemaal weer gaat. We vonden het leuk om dit met jullie te delen en hopen jullie snel weer te zien of te spreken!


Vriendelijke groeten,
Duinwachter Bart en Natuurvoorlichter Niek